Naar een Circulaire Economie: Duurzame Materialen en de Toekomst van Verpakking

In 2015 heeft de Europese Commissie een actieplan met strategische doelstellingen aangenomen, waaronder een actieplan om de overgang naar een circulaire economie in Europa te versnellen. Het omvat 54 maatregelen die gericht zijn op het voltooien van de levenscyclus van producten: van de productie- en consumptiefasen tot afvalbeheer en de markt voor secundaire grondstoffen. Daarbij heeft het 5 prioritaire sectoren geïdentificeerd: kunststoffen, voedselafval, essentiële grondstoffen, bouw en sloop, en biomassa en biogebaseerde materialen.

In de Europese Unie produceren we momenteel allemaal meer dan 2,5 miljard ton afval. Dit komt neer op ongeveer 5 ton afval per burger. Het is dus tijd om over te stappen van een traditioneel, lineair economisch model van weggooien naar een circulaire economie. Het einde van de levensduur van producten wordt onder de loep genomen, want hergebruik, reparatie, compostering, recycling, enz. bieden talloze mogelijkheden en moeten een volwaardig alternatief worden.

Er worden ook inspanningen geleverd om afval aan de bron te verminderen. Met een reeks maatregelen wil Europa de plasticberg verkleinen. De nieuwe Europese regels gericht op het verbieden van “plastic voor eenmalig gebruik“ (SUP) maken deel uit van dit bredere plan. Waar alternatieven beschikbaar zijn, zullen plastic artikelen voor eenmalig gebruik (festivalbekers, plastic tassen, rietjes, enz.) van de markt worden gehaald. De producent zal bijdragen aan de kosten van afvalbeheer, opruiming, consumentenbewustzijn, enz.

Lidstaten moeten nationale doelen stellen om het gebruik van plastic te verminderen. De (voedings)industrie zal worden aangemoedigd om minder vervuilende alternatieven te ontwikkelen en/of te gebruiken. De ontwikkeling van alternatieve materialen (zoals bagasse, bamboe, papier en karton) neemt dan ook duidelijk toe. Plastic verpakkingen zijn echter niet altijd gemakkelijk te vervangen door andere materialen. Er moet rekening worden gehouden met behandelingsopties, barrière-eigenschappen, enz.

En vergeet niet te kijken naar de herkomst van de grondstoffen. Elke Europese burger verbruikt 14 ton grondstoffen per jaar. Het circulaire model wil afstappen van fossiele grondstoffen en op zoek gaan naar hernieuwbare grondstoffen voor verpakkingsmaterialen, bekend als“biogebaseerde verpakking“. Biobased materialen zijn materialen waarvan de grondstoffen direct of indirect van natuurlijke oorsprong zijn. Er zijn al biobased verpakkingsproducten op de markt met dezelfde materiaaleigenschappen (bijv. biobased PE, biobased PP, etc.) als hun fossiele tegenhangers. Terwijl ze een paar jaar geleden nog onbetaalbaar waren, worden ze nu steeds concurrerender.

Kiezen voor“biogebaseerde verpakking” betekent resoluut kiezen voor alternatieve materiaaleigenschappen. In sommige gevallen bieden biobased kunststoffen ook specifieke voordelen: ze zijn vaak beter ademend, waardoor producten zoals sla en brood langer houdbaar en verser blijven. Sommige van deze materialen zijn ook intrinsiek antistatisch en vereisen minder additieven dan conventionele kunststoffen.

Het kiezen van de juiste materialen is de sleutel tot het duurzaam evolueren naar een circulaire economie met minder vervuilende verpakkingsmaterialen die al hun positieve eigenschappen behouden (langere houdbaarheid, bescherming tegen besmetting, enz.

Deze tekst werd bijgedragen door Sarah Laenen (Eva Moens Consult)